24 maart 2018

Zijn wij als rationele volwassenen die de opstanding als onzin afwijzen? #pasen

Geschreven door Henk van den Berg
Verdieping Foto: William Wootton Zijn wij als rationele volwassenen die de opstanding als onzin afwijzen? #pasen

“Henk, dat Jezus echt is opgestaan uit de dood, dat geloof je toch zeker zelf ook niet?” De mevrouw uit een van mijn vorige gemeenten sprak mij aan tijdens het koffiedrinken na de dienst op paasmorgen. Ik had volgens haar niet genoeg benadrukt dat opstaan uit de dood onmogelijk is en dat dit hele verhaal een vroom verzinsel is dat we maar zo snel mogelijk moeten vergeten. De verhalen uit het leven van Jezus, die vond ze prachtig, maar het verhaal van zijn dood en opstanding zouden we maar niet meer moeten vertellen.

Toen we daar over doorpraatten bleek dat zij bij dood aan niets anders kon denken dan de fysieke dood. Jezus was terechtgesteld, gedood. Een gruwelijk verhaal. Een dood mens wordt niet meer levend. Punt. Als we iets van het lege graf willen verstaan zullen we precies op dit tekort van ons moderne mensen iets moeten doen. We moeten naar de nascholing van de schriften om opnieuw te leren zien. Er is een mooi verhaaltje dat de vinger legt op de zere plek van de lichamelijke opstanding.

Het pas gedolven graf

Er was eens een vrouw die met haar zoontje van vier op een woensdagmiddag naar de begraafplaats ging om het graf van een overleden familielid te verzorgen. Terwijl zijn moeder de steen aan het boenen was ging het jongetje aan de wandel. Hij liep over de paadjes tussen de stenen door. Hij kwam in het nieuwe deel van het kerkhof. Daar kwam hij bij een pas gedolven graf. Hij keek naar de hoge berg zand. Hij gluurde voorzichtig over de rand de diepe kuil in.

Zoiets had hij nog nooit gezien en hij wist niet wat hij er van denken moest. Toen zag hij op het paadje een oude man, die heel rustig naar hem toe kwam wandelen. Het kleine mannetje keek naar de kuil, naar de oude man, weer de kuil, en zijn gezichtje klaarde helemaal op. Toen de oude man dichtbij gekomen was riep het jongetje hem toe: fijn hè opa, effe er uit?

Pasen is geen kinderlijke fantasie

In de fantasiewereld van het kind zijn leven en dood uitwisselbaar. Ik schiet jou dood, dan moet je tien tellen blijven liggen, dan ben je weer levend. Zo ging het vroeger bij ons als wij rovertje speelden. Nu krijg je als gamer achter de spelcomputer het ene nieuwe leven na het andere. Maar het verhaal van de paasmorgen is geen kinderlijke fantasie. Het is geen spelletje. Het paasverhaal is verkondiging. Het is de weergave van leerlingen die willen laten zien wat ze van hun leermeester hebben geleerd. Deze leergang is geen course of miracles, maar een toeleiding naar het wezen van het leven. Een inwijding in het levensgeheim.

Deze inwijding draait om de leegte. De leegte van de open kuil. Het lege graf. De oningevulde ruimte waar we een glimp van kunnen zien omdat de steen is weggerold. Leegte als een niet in woorden uit te drukken verwijzing naar God. Het paasverhaal vertelt dat de leegte die God is, samenvalt met de ruimte van de mens die dood is. Het gaat niet om de lichamelijke dood, maar om dood in spirituele zin.

Sterven in spirituele zin

De mens die leeg geworden is en voorstellingen en beelden die het goddelijke tastbaar en beheersbaar maken achter zich heeft gelaten. De mens die uiteindelijk inziet dat zijn God een ingenieuze projectie is van zijn eigen driften en angsten, verlangens en begeerten. Sterven in spirituele zin is over de rand de diepe kuil inkijken en accepteren dat het leeg is achter al onze beelden. Zonder die leegte kan er geen sprake zijn van vervulling.

Word vriend van de Remonstranten

Geïnspireerd door de Remonstranten? Word vriend! Je kunt landelijk lid worden of je verbinden aan een lokale gemeente.  Lees verder

Deze universele ervaring komt deze morgen tot ons in teksten die afkomstig zijn uit de tradities van jodendom en christendom. Jesaja (25:6-9) zingt een lied over een feestmaal, symbool voor het Goede Leven. Er is overvloed en het mag wat kosten: uitgelezen gerechten en belegen wijnen. Een maaltijd voor alle volken. De hele wereld als een huis voor alle mensen met een tafel waar niemand wordt geweerd. Zo zou het moeten zijn, maar deze droom van gelijke toegang tot de beschikbare bronnen, staat mijlenver af van onze reële wereld. De rijkste 1 procent van de mensen bezit meer dan de rest van de wereldbewoners bij elkaar. Rond de 800 miljoen mensen op onze aarde hebben niet genoeg te eten.

Maria van Magdala bevrijd

Nu kunnen wij aan God de vraag stellen hoelang het nog duurt met dat ‘feestmaal voor alle volken’, maar het antwoord zal net zolang op zich laten wachten als het feestmaal zelf. Het antwoord is aan ons, ligt op ons bordje, zo gezegd. In ons samen eten en niemand uitsluiten maken wij de hemel op aarde. Juist hier spat de droom uit elkaar en wordt die gesmoord in goede bedoelingen. Er is meer nodig dan alleen onze inzet. Jesaja zegt dat God zelf de waas, of de sluier, wegneemt die over de volken hangt. Ik lees hierin dat in ons handelen God zelf aanwezig moet zijn wil die droom van het Goede Leven ooit uitkomen.

De evangelieverhalen beschrijven hoe Jezus zijn leerlingen voorleeft hoe zij zich kunnen verbinden met God. Neem nu Maria van Magdala. Van haar wordt verteld dat Jezus haar bevrijdde van zeven demonen. Ik probeer me haar voor te stellen. De oude pijn uit haar verleden, het onvermogen thuis te raken bij zichzelf, de trauma’s die haar tegenhielden zichzelf te kunnen zijn, als massieve keien lagen ze op de bodem van de put waardoor zij het heldere water niet naar boven kon halen. Ze leerde van Jezus die keien één voor één liefdevol onder ogen te zien. Oordeelt niet, zo leerde hij haar. Veroordeel vooral je zelf niet. Zo begon het. Stukje bij beetje kon ze zich losmaken uit de wurgende greep van haar negatieve gedachten, haar schuldgevoelens, haar obsessies, haar vervreemding. Hoe meer ze zichzelf leerde accepteren hoe meer ruimte er groeide voor een liefde die haar verstand te boven ging.

De zware steen voor haar hart rolde weg

Zo kreeg haar leven een nieuw elan. Ze volgde Jezus vanuit Galilea naar Jeruzalem. Ze ging de weg naar binnen die haar voerde bij haar eigen bron. Ze ging de weg naar buiten die haar bracht bij de dorstigen, de hongerigen, de naakten, de gevangenen, de zieken, de vreemdelingen. Een weg van geven, maar daarin ontvangen. Een weg van sterven, maar daardoor juist echt leven. Juist die weg leek dood te lopen toen haar vriend en leermeester stierf. De steken van het verdriet verkilden haar binnenste binnen en wat eindelijk was gaan stromen bevroor meteen weer als een bergbeek in de winterkou. Hij die haar had geleerd de leegte te zoeken en te omarmen, had door zijn dood zelf voor een ondragelijke leegte gezorgd. Maria kon alleen nog maar in vroege morgen huilend het graf bezoeken.

Toen moet het gebeurd zijn. Toen, op het moment dat zij zich nergens meer aan vastklampte en alles overliet, toen zij zich liet vallen als een regendruppel van een bloemblad, omdat zij niet anders kon dan vallen, toen opende zich in haar een ruime leegte, alsof een zware steen wegrolde van haar hart. Ze viel een ogenblik samen met die leegte. Zij vulde de leegte en de leegte vulde haar. In dat korte moment van volkomen één-zijn zag ze iets oplichten van God als een lichtende gestalte in het duister van het graf.

Het lege graf

Vele eeuwen later staan ook wij als Maria van Magdala en de andere vrouwen bij de leegte. De verhalen uit onze traditie gebruiken hiervoor het beeld van het lege graf. Hoe kijken wij er naar? Zijn wij als het jongetje dat zoekt naar een logische verklaring? Zijn wij als rationele volwassenen die dit soort verhalen als onzin afwijzen? Of zijn wij als Maria, die wakker wordt omdat ze van binnenuit iets van God heeft ervaren? Ik denk we van alle drie iets hebben.

Zo proberen we met ons denken, met onze vrijzinnige traditie en met onze ervaringen het geheim van leven, via dood, naar leven te omspelen. Er zijn momenten van totale verbijstering als het leven zich van zijn meest demonische kant laat zien. Dan lijkt de meester dood en begraven. Er zijn ook momenten van opperste gelukzaligheid, waarin we voor ons gevoel raken aan het geheim. Dan is het waarlijk Pasen.

Over Henk van den Berg

Henk van den Berg

Henk van den Berg is predikant van de remonstrantse gemeente Lochem-Zutphen. Email: henk@deheerlykheit.nl

Gerelateerd