4 juli 2019

Ben vrijmoedig, zeg zonder angst wat je ter harte gaat

Geschreven door Peter Nissen

Op 8 mei van dit jaar werd in het Museum Catharijneconvent in Utrecht een pamflet gepresenteerd met ‘de vijf artikelen van de remonstranten’. Die vijf artikelen zijn natuurlijk een knipoog naar de vijf punten van de Remonstrantie uit 1610, het verzoekschrift van 44 rekkelijke predikanten waar de remonstranten hun naam aan danken, en aan de vijf Dordtse Leerregels van 1619, waarmee de remonstranten veroordeeld werden.

De vijf artikelen van 2019 gaan niet over de predestinatie, het theologische geschilpunt waar het vierhonderd jaar geleden vooral om leek te draaien. Nee, zij gaan over vijf woorden die beginnen met de letter v, vijf idealen die remonstranten dierbaar zijn: vrijheid, verdraagzaamheid, verantwoordelijkheid, vrede en vriendschap.

Meer V-woorden

Het eerste exemplaar van de vijf artikelen werd in ontvangst genomen door dominee René de Reuver, de scriba (landelijk secretaris) van de Protestantse Kerk in Nederland. Hij voegde in zijn eerste reactie nog twee woorden aan de vijf v-woorden toe: vertrouwen en verbinding. Ook dat zijn mooie idealen, van groot belang voor mensen van onze tijd en van alle tijden, binnen en buiten de kerken.

Ik voeg er nu graag nog een achtste v-woord aan toe: vrijmoedigheid. Het woord klinkt nog overtuigender als je het in tweeën knipt: vrij-moedigheid. Daar zit ‘vrijheid’ in en ‘moed’. De vrijmoedigheid staat tegenover de angstvalligheid en tegenover de moedeloosheid. De aansporing om niet bang te zijn loopt als een rode draad door de boeken van de Bijbel. Bijna vierhonderd keer horen wij in die boeken, in wisselende bewoordingen, de bemoediging: ‘wees niet bang.’ Er is wel eens gezegd dat het precies 365 keer in de Bijbel zou staan, voor elke dag één keer. Maar dat klopt niet. Sterker nog, het komt nog vaker voor: bijna vierhonderd keer, zoals gezegd. Niet altijd in dezelfde woorden; soms staat er ‘vrees niet’, ‘wees niet bevreesd’, ‘je hoeft niet bang te zijn’. Bijbelvertalingen in gewone omgangstaal zeggen het soms herkenbaarder dan klassieke Bijbelvertalingen. ‘Wees niet bang. God houdt van je. Het zal goed met je gaan. Wees sterk.’, zo vertaalt bijvoorbeeld de Bijbel in Gewone Taal de woorden uit het profetenboek Daniël 10,19.

Getuigenis afleggen

Deze Bijbelse bemoediging is tegelijk een aansporing om vrijuit getuigenis af te leggen van onze overtuiging. Dat is ook de oorspronkelijke betekenis van het woord ‘protestant’. Protestanten zijn niet mensen die voortdurend ergens tegen protesteren, maar mensen die ergens getuigenis over afleggen. Hun woorden hebben dus een positieve strekking. Zij zijn niet ergens tegen, maar zij zijn ergens vóór. Het woord protestant is afgeleid van het Latijnse werkwoord protestari: vóór iets (=pro) getuigen (= testari). De grote twintigste-eeuwse theoloog Paul Tillich beschouwde dat als het protestantse beginsel bij uitstek: dat je niet uit angst of onderdanigheid je mond houdt als je ergens echt van overtuigd bent. Dat vrijmoedig spreken kan ook de vorm van protesteren aannemen: als je onrecht waarneemt, zul je ook dat een stem geven.

Van de eerste volgelingen van Jezus wordt herhaaldelijk gezegd dat zij met grote vrijmoedigheid spraken. Ook in de brieven van Paulus komt het woord regelmatig voor. ‘Parrèsia’ is het Griekse woord dat meestal met vrijmoedigheid wordt vertaald. Het komt in het Nieuwe Testament ruim veertig keer voor. Letterlijk betekent het: alles zeggen. Het staat voor openhartig, onbeschroomd en onbevangen spreken. Zeggen wat je op het hart hebt. Dat is een mooie uitdrukking: ‘wat je op het hart hebt’, wat je dus echt ter harte gaat.

Misschien is dat wel waar vrijzinnigheid om draait: openhartig en zonder angst spreken over datgene wat je ter harte gaat. Laten wij vrijmoedige mensen zijn!

Over Peter Nissen

Peter Nissen

Peter Nissen is remonstrants predikant in Nijmegen, hoogleraar oecumenica aan de Radboud Universiteit en waarnemend rector van het Remonstrants Seminarium

Gerelateerd